Kinderrechter Bart Tromp zal in zijn eigen rechtszaken verbieden dat jongeren uit Noord-Nederland bij jeugdzorginstelling Woodbrookers worden geplaatst, zolang hij er niet van overtuigd is dat de misstanden structureel zijn opgelost.
Het ‘opsluiten’ van kinderen in gesloten jeugdzorginstellingen moet sowieso zo snel mogelijk stoppen, zeggen jeugdrechtspecialisten tegen deze krant. Het is ,,inhumaan” en ,,een vorm van vrijheidsberoving”.
Ze reageren daarmee op berichtgeving in de Leeuwarder Courant over de misstanden bij behandelcentrum Woodbrookers in Kortehemmen, bij Drachten. Zo hadden medewerksters van Woodbrookers seks met een minderjarige bewoner (17).
Ook publiceerde deze krant een verhaal over hoe een jongen naar eigen zeggen in Woodbrookers niet goed werd behandeld en uiteindelijk door zijn moeder naar huis werd gehaald.
‘Woodbrookers versneld afbouwen’
Het bracht onder meer wethouders Pieter van der Zwan van de gemeente Smallingerland (waar Kortehemmen onder valt) en Nathalie Kramer van de gemeente Leeuwarden ertoe te stellen dat Woodbrookers versneld moet worden afgebouwd.
Tromp meldt dat hij bij verzoeken om gesloten plaatsing in Noord-Nederland voortaan zal besluiten dat de machtiging niet bij behandelcentrum Woodbrookers ten uitvoer mag worden gelegd. ,,Dat kan ik in mijn eigen zaken bepalen.” Normaal gesproken bepalen gecertificeerde instellingen zoals het Legers des Heils en de William Schrikker Stichting waar jongeren worden geplaatst.
Tromp is ook als jeugdrechtdocent werkzaam bij de Rijksuniversiteit Groningen (RUG). Vanuit die rol meldt hij, samen met jeugdrechtadvocaten Richard Korver en Mieke Krol, zo snel mogelijk af te willen van alle gesloten jeugdzorg.
Ze willen dat kinderen met psychische en gedragsproblemen behandeld worden. Bij voorkeur blijven ze thuis wonen, met de juiste hulp en anders in pleeggezinnen of kleinschalige woonvormen. Op dit moment, zo stellen zij, worden ze opgesloten, zonder perspectief en in een omgeving waar hun problemen vaak verergeren.
De Raad voor de Kinderbescherming wil niet zover gaan dat alle gesloten instellingen versneld dicht moeten, omdat er nog geen alternatieven voor deze jongeren zijn. Wel zegt Robert Vonk, gebiedsmanager Noord-Nederland bij de Raad voor de Kinderbescherming. ,,We moeten ons als maatschappij schamen dat kinderen in gesloten instellingen moeten zitten”.
‘Inhumaan’
Tromp noemt het gesloten plaatsen van kinderen en jongeren ,,inhumaan” en in strijd met kinder- en mensenrechtenverdragen wanneer die plaatsing voor een individueel kind niet “noodzakelijk” en “passend” is.
,,Ook uit recente rechtspraak van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens blijkt dat voor ieder individueel kind steeds moet worden beoordeeld of er voor dat kind geen minder verstrekkend alternatief bestaat dan een gesloten plaatsing, laat staan plaatsing in een grootschalige instelling zoals Woodbrookers.” Dat zoeken naar een alternatief gebeurt nu niet of niet voldoende, stelt Tromp.
Het gaat al eerder mis in gezinnen
Volgens Robert Vonk van de Raad voor de Kinderbescherming gaat het in het voortraject al mis. ,,Als we een goed zorgaanbod voor kinderen en gezinnen zouden hebben, konden we voorkomen dat kinderen in de gesloten jeugdzorg terechtkomen.”
De Raad voor de Kinderbescherming adviseert gemeentes over het zorgaanbod dat er voor kinderen en gezinnen met problemen moet zijn. ,,Maar gemeentes maken hun eigen afweging”, ziet Vonk. ,,Logisch ook, de budgetten zijn daar beperkt. In 2015 hebben gemeentes deze taak gekregen van het Rijk. Daarbij moest ook bezuinigd worden.”
Vonk zou willen dat een kind met psychische problemen als eerste door een goede psychiater wordt gezien. Dat gebeurt nu niet. ,,En dus laten we de problemen in gezinnen en bij kinderen ernstiger worden. En dan moet uiteindelijk een rechter zich buigen over een verzoek om uithuisplaatsing.”
Geen behandeling
Jeugdrechtadvocaten Richard Korver en Mieke Krol zien de gevolgen van zo’n uithuisplaatsing in hun dagelijkse praktijk. Krol: ,,Vaak kunnen kinderen niet meteen een behandeling krijgen, vanwege de lange wachtlijsten bijvoorbeeld. Of ze krijgen in sommige gevallen helemaal geen behandeling.” Korver vult aan: ,,We zien ook dat kinderen langer in een gesloten instelling zitten met als enige reden dat er geen vervolgplek is.”
Korver en Krol bevestigen dat het in deze instellingen niet altijd veilig is. Krol: ,,Sommige kinderen worden aangerand, mishandeld, of erger. En ze voelen zich niet altijd gehoord.” Wat Korver en Krol betreft moet het Rijk direct ingrijpen en zorgen dat de specialistische jeugd-ggz (waarbij behandeling gegarandeerd is) snel op sterkte komt. Korver: ,,We moeten onnodige vrijheidsbenemingen voorkomen. Want dat is een gesloten plaatsing in de jeugdzorg uiteindelijk toch: vrijheidsberoving”.
‘2025 is te laat’
Het kabinet heeft al besloten dat de grootschalige jeugdzorginstellingen uiterlijk 1 januari 2025 moeten sluiten. ,,Maar dat is te laat”, vindt Tromp. ,,In de richtlijnen van de Verenigde Naties staat een duidelijke voorkeur voor pleegzorg of plaatsing in een gezinsomgeving.”
Het argument dat dit voor sommige kinderen te licht is, overtuigt Tromp niet. ,,Als gedragsproblematiek zo ontwrichtend is, dan kan een minderjarige zo nodig in een psychiatrische instelling worden opgenomen. Dat is mogelijk op grond van de op 1 januari 2020 in werking getreden Wet verplichte ggz.”
,,Maar die plekken in de geestelijke gezondheidszorg moeten er dan wel komen”, stelt Vonk. Het helemaal sluiten van de gesloten jeugdzorg per 1 januari 2025, ziet Vonk dan ook niet als de oplossing. ,,Als er verder niets is voor kinderen in kwetsbare en gevaarvolle situaties, komen we alsnog in de problemen. Er zal eerst iets opgebouwd moeten worden, voor we kunnen afbouwen. De politiek is hier aan zet.”
CDA-Kamerlid René Peters vindt het opsluiten van kinderen ook ,,geen goed idee”. ,,Niet voor niets heeft de Tweede Kamer een motie van mij aangenomen om daarmee te stoppen. We zijn goed in het bieden van standaardzorg voor standaardproblemen. Past een standaardoplossing niet, dan houdt onze fantasie vaak op. Dan is een gesloten setting geen goede, maar de best denkbare oplossing. Het komt omdat we niet in staat zijn om maatwerk te leveren. En dat mag de sector zich aantrekken.”